Vietnam streeft naar een toename van het aandeel biomassa (biobrandstoffen) om in de totale energiebehoefte te voorzien. Het huidige aandeel bedraagt 1% en dit zou in 2025 gestegen moeten zijn naar 5%. Om dat doel te bereiken bestaat er in Vietnam grote behoefte aan kennis, (proces)technologie en machines, zowel bij de Vietnamese overheid als bij private ondernemingen. Dat biedt kansen voor het Nederlandse bedrijfsleven. Agentschap NL ondersteunt hen daarbij.
Om de kansen in kaart te brengen is gestart met het uitvoeren van een survey, vertelt Carmen Heinze, adviseur bij het ondersteunend programma biomassa van Agentschap NL (AGNL). “Daarin is onderzocht wat precies het potentieel is en hoe dat benut kan worden. Daarnaast is het natuurlijk van belang de relevante wet- en regelgeving in beeld te brengen. En: wat zijn logistieke aandachtpunten en welke partijen spelen een rol. In feite is alle informatie verzameld die een ondernemer nodig heeft om te bepalen of het zinvol is om in Vietnam aan de slag te gaan."
Bedrijvenmissie
Met de onderzoeksresultaten is Agentschap NL vervolgens samen met Cleantech Holland naar de markt gestapt. “Om het bedrijfsleven te informeren hebben we dit voorjaar een bedrijvenworkshop gehouden waar zo’n 35 enthousiaste ondernemers aanwezig waren. Toen is ook het idee geboren om – Cleantech heeft daarin de lead – een bedrijvenmissie te organiseren naar Vietnam. Ondernemers kunnen zich dan met eigen ogen een beeld vormen van hun kansen en contacten leggen met Vietnamese bedrijven en andere relevante counterparts. Wanneer de missie plaatsvindt, is overigens mede afhankelijk van het aantal bedrijven dat hieraan deel wil nemen.”
Economische relatie
De activiteiten van Agentschap NL sluiten overigens zeer goed aan op het beleid van het ministerie van buitenlandse zaken. “Vietnam had voorheen een ontwikkelingsrelatie met Nederland. Dat is veranderd. Er ontstaat nu een relatie die is gericht op wederzijds profijtelijke economische samenwerking. Om de overgang van de oude naar de nieuwe (economische) relatie soepel te laten verlopen, is een zogeheten transitiefaciliteit in het leven geroepen. Een hele belangrijke component daarin is het betrekken van het Nederlandse bedrijfsleven.”