Pagina 48 van: Bulk 3-2023

vlieg- of zweeftransport
20 – 50 m/s
lage
dichtheid
hoge
dichtheid
duintransport
12 – 20 m/s
proppentransport
3 – 10 m/s
dichte stroom-transport
3 – 5 m/s
Afb. 4 Lekkage bij een blaastransport in verband met overdruk. Afb. 5 Vier stromingsbeelden bij pneumatisch transport.
Systeemprestaties afhankelijk van aard product
De systeemprestaties hangen af van de aard van het te transporteren product. Belangrijke
producteigenschappen zijn in dit verband de luchtdoorlaatbaarheid, de soortelijke mas-
sa, de deeltjesgrootte en de deeltjesgrootteverdeling. De deeltjesgrootte is daarbij van gro-
te invloed op de luchtdoorlaatbaarheid. Hoe groter de luchtdoorlaatbaarheid, hoe kleiner
de maximaal haalbare capaciteit. In het algemeen bepaalt de luchtdoorlaatbaarheid of
een product met een dichte stroom-systeem kan worden getransporteerd. Een vliegtrans-
port is vrijwel altijd toepasbaar. De deeltjesgrootte en de soortelijke massa bepalen samen
met de deeltjesvorm de minimale zweefsnelheid bij vliegtransport. Een brede deeltjes-
grootteverdeling heeft een nadelige invloed op de transporteerbaarheid.
Vuistregels voor ontwerp pneumatisch transportsysteem
Een pneumatisch transportsysteem is een betrouwbare installatie als bij het ontwerp
rekening is gehouden met een aantal simpele vuistregels. Zo dient het transporttraject
zorgvuldig te worden gekozen waarbij men het beste kan opteren voor de kortste weg
met zo min mogelijk bochten. De radius van de bochten moet niet kleiner zijn dan 1000
mm. Na de ‘pick-up’, de plaats waar het product in het systeem wordt gedoseerd, moet de
transportleiding voldoende lang recht doorlopen; 1 tot 3 meter, afhankelijk van het stort-
gewicht. Ook na een bocht is weer een recht leidingstuk nodig; 1 tot 2 meter. Dalingen in
de leidingen zijn uit den boze en dienen te worden vermeden. Dit geldt ook voor schui-
ne stijgleidingen tussen 15° en 80°. Het materiaal van de leiding bepaalt in hoge mate
de drukval over een systeem. Een rubberslang geeft gemiddeld 1,5 maal meer weerstand
dan een stalen leiding en verlaagt daarmee de maximaal te realiseren beladingsgraad.
De toedosering van het product verdient veel aandacht. Let op een gelijkmatige dosering.
Bij een doseersluis moet het toerental niet te laag zijn (>15), waardoor het soms nodig is
gebruik te maken van gereduceerde pockets. Voor een zuigtransport geldt in het alge-
meen een maximale transportlengte van 100 meter, terwijl voor een blaastransport wel
transportlengtes van 500 meter en meer haalbaar zijn. Bij een zuigtransport moet men
rekening houden met de ‘dunne lucht’ voor de capaciteitsberekening van de blower. De
transportcapaciteit en transportlengte zijn mede afhankelijk van de eigenschappen van
het te transporteren product. Zorg daarom voor een representatief proefmonster en een
deugdelijke productanalyse. Voer indien mogelijk testen uit in bestaande pneumatische
transportsystemen.
48 mei 2023
matig luchtkussens in de productstroom,
waardoor zich productproppen vormen. Le-
klucht zorgt ervoor dat de productproppen
aan het eind worden afgebroken en verder-
op weer worden opgebouwd. De drijvende
kracht voor het transport is vooral het druk-
verschil over de proppen. Bij toenemende le-
klucht en een afname van het drukverschil
over de proppen (als gevolg van de luchtex-
pansie stroomafwaarts) verbreekt het ver-
band in de proppen en vallen deze uiteen.
Dichte stroom-transport
Bij een dichte stroom-transport (trans-
portsnelheid 3-5 m/s) wordt het product
als een worst door de transportleiding
geduwd. De concentratie deeltjes is hoog
en de transportsnelheid is laag. Dit beeld
treedt met name op bij slecht luchtdoorla-
tende producten en gaat gepaard met hoge
transportdrukken. Indien de lengte van
de worst een bepaalde maximale waar-
de overschrijdt, zijn de wrijvingskrachten
langs de leidingwand zo groot dat zij in
evenwicht zijn met de drukkrachten op de
worst en er derhalve verstopping optreedt.
Ook bij proppentransport kan verstopping
optreden als de proplengte te groot wordt.
Dit treedt met name op bij proppentrans-
port in verticale leidingen als product te-
rugvalt.
[1] W.J. van Bemmelen, ‘Pneumatisch transportsys-
teem voor elk product verschillend’, 2009, BULK
nr. 5/6, p. 48-50.
[2] Dr ir J.A.H. de Jong, ‘Blazen door een pijp’, 1997,
Bulk nr. 3, p. 36-39.
3 / Pneumatisch transport
46-47-48_pneuma.indd 48 24-04-2023 13:19