De schroeftransporteur, bijna 2300 jaar geleden door de Griekse wiskundige en natuurkundige Archimedes van Syracuse uitgevonden, is nog steeds volop in gebruik. Het werktuig, dat destijds in de Nijldelta irrigatiewater opvoerde, wordt ook ingezet voor het efficiënte transport van stortgoed.
De schroeftransporteur is eenvoudig van constructie, betrouwbaar en onderhoudsvriendelijk. Het apparaat kan grondstoffen en producten horizontaal, hellend en verticaal opvoeren, al geldt wel dat een verticale schroeftransporteur aan heel andere technische eisen moet voldoen dan een horizontale uitvoering. In dit artikel gaat het primair om de horizontale schroeftransporteur, hoewel Van Beek Schroeftransport in Drunen ook veel andere configuraties ontwerpt en produceert. De standaard schroeftransporteur bestaat in essentie uit een transportschroef die in een trog of koker ligt, een inloop, een uitloop en een aandrijving. De draaiende transportschroef schuift het stortgoed door de trog of koker.
Kurketrekker
Een rechtsom draaiende, rechtsgangige transportschroef beweegt het stortgoed naar ‘achteren’. Precies zoals een kurketrekker een kurk uit de hals van een fles trekt; de kurk beweegt ten opzichte van de kurketrekker naar buiten. Bij een rechtsom draaiende linksgangige schroef beweegt het stortgoed juist naar ‘voren’ (afb. 2). Overigens bestaan tussen de werking van een schroeftransporteur en een kurketrekker meer verschillen dan overeenkomsten.
Lees het hele artikel
Meer over Van Beek
